DE COMPLEXITEIT DER DINGEN


J. de Ruiter
In voorbereiding.

 

De complexiteit der dingen

J. de Ruiter
2024

Diep in ons verankerd ligt dat we moeilijk kunnen omgaan met complexiteit. Dat zijn we ons niet vaak bewust, maar dit feit heeft voor de hedendaagse mens (homo sapiens) meer consequenties dan we ons realiseren.
In dit stukje gaan we eerst kort in op de herkomst van deze cognitieve beperking.
Daarna schetsen we enige belangrijke consequenties die heden ten dage steeds relevanter worden.

Cognitieve erfenissen uit het verre verleden

 

Homo Sapiens, de mens zoals wij nu, bestaat sinds zo’n 300.000 jaar. Het moderne brein van Homo Sapiens is de resultante van een lange ontwikkelingsgang. Volgens de psycholiguïst Steven Pinker is ons brein via natuurlijke selectie ontwikkeld om problemen op te lossen die voor onze verre voorouders een kwestie van leven of dood waren. Dat heeft geleid tot een aantal cognitieve beperkingen die nu nog steeds diep in ons verankerd liggen.
Belangrijke cognitieve beperkingen zijn:

 

1.
De neiging om snel een conclusie te trekken op basis van een snel geconcipiëerd beeld en dus een vereenvoudigd beeld van de situatie. Het was belangrijk om met weinig details al snel een conclusie te kunnen trekken of hier levensgevaar dreigde. Dit scheelde tijd. Het doel was: snel kunnen handelen. Deze manier van denken was adequaat in direct levensbedreigende situaties en leidde dus tot evolutionair voordeel.
We zochten een duiding of verklaring, want die was nodig om te kunnen handelen.

2,
De keerzijde was de neiging tot te snelle of te simpele conclusies.
Deze keerzijde is voor de moderne mens echter nooit helemaal verdwenen.

3,
De neiging tot selectieve waarneming.
Er kon sneller gehandeld worden als men al een vermoeden of verwachting had van wat er aan de hand is of van wat er staat te gebeuren. Men heeft dan minder waarnemingen nodig.
Ook deze neiging is natuurlijk ook nooit helemaal verdwenen.

 

Levensbedreigende situaties waren dus in het verre verleden de primaire trigger voor het zoeken van een verklaring. In de loop van de evolutie is natuurlijk generalisatie ontstaan. Ziekte, vreemde verschijnselen om ons heen, enz. vroegen ook om verklaringen en “oplossingen”. Die werden dan in een aantal gevallen wel “gevonden”, maar voldeden dan vaak niet aan de eisen die wij er heden ten dage aan stellen. Het niet kunnen verklaren van ziekte leidde tot toenemende ontvankelijkheid voor andermans (vermeende) verklaringen en oplossingen. Bij primitieve volken is dat nog vaak het geval. Verschijnselen in de fysieke wereld om ons heen waren nog moeilijker te bevatten vanwege het (volledig) ontbreken van enige kennis van de materie. De verklaring werd dan meestal gevonden werd in de sfeer van wat wij nu bovennatuurlijke krachten of vermogens noemen. Ook dit is herkenbaar bij primitieve volken.
Ondanks onvoldoende inzicht in de materie werden verklaringen gevonden die leken te voldoen en die ook weinig kans maakten om weerlegd te worden. Nog sterker: men kon zich hiermee dus “redden”. Enig inzicht in de complexiteit der dingen ontbrak niet alleen, maar men kon er ook zonder. Er is dus duizenden jaren lang geen oog ontwikkeld voor de complexiteit der dingen.
Met het opkomen van de wetenschap werd steeds duidelijker hoe ingewikkeld de dingen eigenlijk in elkaar zitten. Reguliere wetenschap is voor het grote publiek echter in hoge mate toch grotendeels onbekend terrein. Mensen zullen dus in belangrijke mate doorgaan met het beoordelen van de werkelijkheid zonder oog voor de complexiteit der dingen.


De complexiteit der dingen


Meer oog voor de de complexiteit der dingen

Door de wetenschappelijke revolutie, die ca. 500 jaar geleden begon, ging meer oog ontstaan voor de complexiteit der dingen.
Gaandeweg begon men zich te realiseren dat veel dingen niet vanzelfsprekend waren en dat we de antwoorden op de meeste vragen niet kennen. Religies hadden eigenlijk altijd de suggestie gewekt dat alles over de wereld al bekend was. Alomvattende wijsheden stonden al in heilige geschriften en daar kon men uit putten. Het was onvoorstelbaar dat de Bijbel, de Koran enz. iets cruciaals over het hoofd hadden gezien. En, voor zover iets niet was doorgegeven, was het kennelijk onbelangrijk voor ons om te weten. Met de opmars van de wetenschap ontstond er meer en meer ruimte om vragen te stellen en ontdekkingen te doen.
Hierbij moet wel opgemerkt worden dat deze ruimte nog lange tijd door betrekkelijk weinig mensen ingevuld werd. Het grote publiek had in de dagelijkse werkelijkheid nog maar weinig van doen met de complexiteit der dingen die zich gaandeweg meer manifesteerde.

Verdere toename van de complexiteit
De bevolkingsgroei en verdere ontwikkeling van de maatschappij heeft na 1900 inmiddels zulke dimensies bereikt dat de maatschappij extreem complex is geworden. Het gevolg is dan ook complex bestuur en beheer van het land.
De inspanning die dit kost heeft is dan ook in de loop der tijden enorm toegenomen, maar wordt nog steeds opgebracht.
De fase die nu aangebroken is stelt ons echter voor nog grotere uitdagingen.

Toename van de complexiteit van bestuur en beheer
Inmiddels hebben we nu een aantal complexe problemen op nationaal niveau die dringend om oplossingen vragen, maar waar de politiek moeilijk antwoorden op kan vinden.
We nemen een aantal problemen onder de loupe.

 



Coplexe regelgeving
Woningprobleem Wooncrisis
Asylproblematiek Migratie
Stikstof
Klimaatprobleem
Milieuprobleem
Mestprobleem
Politiek: populisme + simplisme
Toeslagenaffaire
Bodemschade Groningen
Complottheorieën